Voordat ik met pensioen ging hoorde ik al van mensen die mij voor waren gegaan dat als ze eenmaal tijd hadden alles zouden (her)lezen waar ze in hun werkende leven geen tijd voor hadden gehad. Ik was de eerste jaren nog druk, maar besloot dat als ik ik iets wilde herlezen, dat het hele werk van Albert Camus zou zijn. Dus ik nam in de loop van het afgelopen jaar De pest, De vreemdeling, De eerste man en De mythe van Sysiphus mee uit mijn eigen kleine boekwinkeltje. Mij sprak vooral zijn absurdisme aan en zijn meer fysieke benadering van het leven (tegenover Sartre die een meer intellectuele benadering heeft).
Het was er nog steeds niet van gekomen, maar ik sloeg net de nieuwe Groene Amsterdammer open en las in het eerste artikel iets over dit boek van Camus, dat volgens de auteur optimistisch zou eindigen. Nu ga ik het zeker lezen, want ja net als iedereen ga ik nu echt veel meer lezen dan ik in jaren heb gedaan. Het schijnt dat er gouden tijden zijn aangebroken voor de boekhandels. Jammer dat de bibliotheken (voor veel mensen een eerste levensbehoefte) wel dicht moeten, maar ik had net op tijd zaterdag nog een prachtig boek ingeslagen. Van Valeria Luiselli, Archief van de verloren kinderen. Een schitterend boek. Dit zegt bol.com……
Verslag van een roadtrip van een Amerikaans gezin – twee geluidsdocumentairemakers met ieder een kind uit een vorige relatie – van New York naar het Apachegebied op de grens van Arizona-Mexico. Hij wil een documentaire maken over de geschiedenis van de Apaches. Zij (de verteller) is bezig met een documentaire over de vele illegale asielzoekerskinderen die in de VS verdwijnen (verloren kinderen). Hun huwelijk loopt op zijn einde en ook hun eigen kinderen (jongen van tien, meisje van vijf) voelen zich verloren. Wat gaat er gebeuren aan het einde van de reis? In het slotstuk neemt de jongen de vertellersrol over. Diepgravende, complexe, meervoudig gelaagde roman waarin persoonlijke, actueel-politieke en cultuurhistorische aspecten mooi met elkaar verweven zijn. Deze genre-overschrijdende roman geeft een schat aan informatie over Amerika toen en nu, een schrijnend beeld van de Amerikaanse migratiepolitiek én van een uiteenvallend huwelijk. Daarnaast geeft het een mooi, levensecht portret van twee kinderen. Fascinerend, origineel en actueel. De Mexicaanse auteur (1983) woont in de V.S. en won al vele prijzen met haar werk.
Toch nog even over de angstaanjagende tijden die we nu doormaken. Ik heb meteen structuur aangebracht in mijn dagen toen zondag bekend werd dat we over moesten gaan op social distancing. Dat betekent, dagelijks anderhalf uur fietsen of wandelen, elke dag half uur yoga-oefeningen, een uurtje huishouden (grote schoonmaak), bellen naar eenzame mensen, kranten en boeken lezen enz. Ik denk dat de meeste mensen zich wel redelijk kunnen vermaken, maar de lol zal er denk ik wel snel af zijn. Je begint toch al allerlei dingen te missen. Wandelen met anderhalve meter afstand voelt toch heel raar aan. Buiten blijven staan als je iemand ophaalt voor de wandeling, het moet nog allemaal erg wennen. Ik zeg steeds dat we ook oog moeten houden voor geestelijke gezondheid. Misschien zullen er mensen overlijden in mijn omgeving, veel vrienden vallen in de risicogroep, maar ik probeer daar niet al te veel bij stil te staan, anders word ik te somber. De laatste dagen denk ik heel vaak aan de woorden van mijn vader als hij het over de jaren dertig had, toen de grote depressie om zich heen greep. Hij zei altijd dat de Great Depression erger was dan de oorlog die daarop volgde. De mensen waren somber, wanhopig, alle levensvreugde was verdwenen. Daar moeten we met zijn allen voor waken. Moet ik trouwens meteen denken aan het boek van John Steinbeck over de Great Depression, The grapes of wrath (Druiven der gramschap), wat destijds een enorme indruk op me maakte.