Zondag ga ik een weekje met vriendinnen (allebei ook fanatieke lezers) mee naar Frankrijk en de belangrijkste vraag (over kleding maken we ons niet druk) is zoals altijd wat er mee gaat aan boeken. In mijn tas zit het boek van Lionel Shriver Bezit (en daarnaast zat deze week ook nog haar titel De Mandibles in een boekenkist). Met Shriver zit je altijd goed en is er ook nog vaak wat te lachen. Daarnaast heb ik een boek van Arundati Roy, Slapen op Jupiter (over machtsmisbruik in een ashram) en als laatste het boek van Ottessa Moshfegh Mijn jaar van rust en kalmte. En als het nu heel warm wordt kunnen ze alle drie gelezen worden.
Maar nu nog even naar een paar heerlijke boeken die ik de afgelopen weken heb gelezen. Allereerst het boek Verloren in het paradijs, de onwaarschijnlijke redding van 3 militaire uit de onherbergzame jungle van Papoea- Nieuw-Guinea van Mitchell Zuckoff. Dat is zo’n boek waarin ik begin en niet meer stop dat het uit is. Er staat zoveel meer in dan het spannende verhaal. Je komt veel te weten over de tweede Wereldoorlog, het racisme binnen de Amerikaanse krijgsmacht. Je kunt merken dat er jaren van research zitten in zo’n boek. Een mooi detail is dat er voor het eerst een reddingsoperatie o touw werd gezet, eigenlijk onmogelijk, omdat er iets van 8 vrouwen in dat vliegtuig zaten, dat was een unicum in de oorlog. Als je bedenkt dat er tijdens WO2 600 vliegtuigen zijn neergestort in dat gebied mag deze redding met recht een mirakel worden genoemd. Er komen ook veel kleurrijke figuren in voor die je je vandaag de dag niet meer voor kunt stellen. Nederland speelt ook zijdelings af en toe een klein rolletje. het was tenslotte Nederlands grondgebied. Ik ga misschien ook nog wel eens zijn boek 13 hours lezen, over de aanval van een aantal terroristen op een een Amerikaanse pots in Benghazi in 2012.
Nederlands Papoea-Nieuw-Guinea, 1945.
Wat een pleziervlucht van een groep Amerikaanse militairen over een pas ontdekte paradijselijke vallei had moeten worden, loopt uit op een drama wanneer hun vliegtuig neerstort in de onontdekte en onherbergzame jungle. De drie overlevenden, waaronder één vrouwelijke officier, moeten zien te overleven tussen duizenden kannibalen in het ondoordringbare oerwoud in De Groene Vallei, die nagenoeg onbereikbaar is.
Onmiddellijk wordt alles in het werk gesteld de overlevenden te redden en een toevallig op het eiland aanwezige groep Filipijnse parachutisten moet alles op alles zetten om op tijd op de plaats van de crash te zijn. Een ex-juwelendiep met een alcoholprobleem weet zich bij de expeditie aan te sluiten als filmmaker en ook journalisten doen er alles aan om als eerste een stuk over deze gewaagde reddingsmissie te kunnen schrijven.
Van een heel andere orde was het boek De eenzaamheid in het leven van Lydia Erneman van Rune Christiansen. Over een vrouw, dierenarts, die in eenzaamheid is opgegroeid op een boerderij in Noord-Zweden maar die je toch het gevoel geeft dat ze zich verbonden weet met de mensen om haar heen. En dat ga je met haar meevoelen.
Als laatste, ik vond in een kringloopwinkel het boek van E.T.A Hoffmann, Leven en opvattingen van kater Murr. Die vindt je bijna nooit, ik houd wel van de Duitse schrijvers en hij was bijna voor niets.