Iran

Ik ben deze week begonnen in Het huis van de moskee van Kader Abdolah omdat we eindelijk de reis naar Iran gaan maken in november. Dit boek gaat over de omwenteling van Iran in 1979 van een koninkrijk naar een islamitische staat. Ik was al eens eerder begonnen in dit boek en heb het toen vrij snel weggelegd omdat ik het wat saai vond door veel overbodige detials. Ook nu had ik dat weer na vijftig bladzijden, maar ik ben doorgegaan. Ik weet vrij goed de geschiedenis over hoe destijds de Sjah van Perzië is verdreven. Maar omdat ik toch wel wil lezen hoe dat voor de gewone liberale bevolking is geweest ga ik toch door en het begint me zowaar te boeien.

Het boek van de Baskische schrijver Aramburu Vaderland (over de strijd van de ETA in Baskenland)  heb ik ook uitgelezen en ook hier vond ik dat er veel overbodige details geschrapt hadden kunnen worden, wat het boek veel meer vaart had gegeven. Na lezing herinnerde ik me weer de desolate sfeer vijfenveertig jaar geleden toen ik voor het eerst in Bilbao was en schrok van de vele drugsverslaafden. De grote ommekeer is gekomen toen het Guggenheim museum daar werd geopend. Ik was toevallig in de buurt toen het museum net was geopend en ik moet zeggen dat ik nog nooit zo’n mooi gebouw heb gezien. Het was echt sprookjesachtig. Toen ik er acht/negen jaar geleden nog eens langs ging had de stad zo’n metamorfose ondergaan, het was ongelooflijk. Een prachtige stad, een energieke bevolking, een rijke culturele sfeer, het was geweldig. Ik heb ook nog nooit zulke lekker tapas gegeten als in Bilbao. Door Aramburu heb ik wel een kijkje achter de schermen gekregen van de ETA-beweging. Als je niet betaalde voor de onafhankelijkheidsstrijd als ondernemer ging je er aan. Daar draait het boek ook om. De vrouw van een ondernemer die het dorp heeft verlaten na de moord op haar man, keert terug naar het dorp om uit te zoeken of ze zoon van de buren, waar ze ooit dik bevriend mee waren, haar man heeft  vermoord. Het was een treurig stemmend boek.

Ik heb ook erg genoten van Zomergasten met Marleen Stikker, directeur van De Waag. Er kwam veel voorbij wat me wel bekend was, maar ook een aantal verrassende fragmenten. Bijvoorbeeld van die monnik van de bibliotheek van Monserrat, die Google toestemming heeft gegeven om de collectie te scannen (Google Books Library Project) en die stilvalt als de journalist vraagt of het niet raar is dat ze daar niets voor betaald hebben. Stikker liet ook iets zien van de Netflix serie The good place uit 2017. Een serie waar ik meteen aan wilde beginnen en ik moet zeggen, een geweldige serie waarin veel te lachen valt. Het gaat over het leven na de dood, waarin de (slechte) hoofdpersoon per ongeluk terecht is gekomen en die alsnog een plaatsje probeert te veroveren met behulp van een ethiek professor. Wat Stikker met deze serie wilde laten zien is dat algoritmen nooit waardevrij zijn, omdat de makers altijd hun eigen waardepatroon verwerken in het systeem. Daar had ik ook eens over geschreven toen de bibliotheken overgingen op aanschaf van collecties door middel van de computer en wat ook vervelend is,  je versterkt wat al sterk is en verzwakt het andere.