Ik wilde vroeger als kind liever een jongetje zijn. Ik liep in een overall, deed wilde spelletjes met andere jongetjes en speelde niet met poppen. Ik had een oudere broer en die genoot veel privileges. Hij kreeg biefstuk omdat hij wielrende, hoefde geen huishoudelijke taken te doen en speelde de baas over ons (mijn vader had niet zoveel gezag). Ik zag ook hoe hard mijn moeder werkte en dat dat geen financiële onafhankelijkheid opleverde. Toen ik elf jaar was begon ik te werken op de markt bij de beroemde lappenkoning Klaas van de Brink (later beroemd geworden door zijn beeldentuin) en dat bleef ik doen tot mijn eerste serieuze baan. Het was iets heel onbewusts maar (financiële) onafhankelijkheid zag ik als iets wat als eerste in mijn leven nagestreefd moest worden. Omdat ik dat werken op de markt zo leuk vond bedacht ik dat ik mijn hele leven verzekerd zou zijn van die onafhankelijkheid. Als mijn carrière zou mislukken kon ik altijd nog op de markt gaan werken.
Nederland bungelt steeds onderaan alle lijstjes als het aankomt op vrouwenparticipatie op de arbeidsmarkt. Daar heb ik me altijd over verbaasd. Er is ook al genoeg over geschreven en geanalyseerd. Kennen die vrouwen dan niet het gevoel van onmacht als je afhankelijk bent? Deze week was het onafhankelijke vrouwen wat de klok sloeg. Ik heb deze week voor het eerst van mijn leven aan de buis gekluisterd gezeten bij het debat over de uitgelekte stukken van de verkenners. Wat een spektakel! Ik was er van overtuigd dat Siegried Kaag, waar ik op gestemd heb uiteindelijk, ook de motie van wantrouwen zou steunen, maar begrijp ook waarom ze dat niet heeft gedaan. Het landsbelang, de chaos die het zou veroorzaken. Ik vond haar weer soeverein in haar optreden en denk dat ze door haar optreden misschien toch nog kans maakt om premier te worden. Het is denk ik niet helemaal uitgesloten. Eindelijk de bestuurscultuur van Shell aan de kant regeren met visie waar het met het land naar toe moet. In de Groene Amsterdammer stond een uitgebreid artikel over het oprukken van de vrouwen in de economie. Ik ga proberen het boek van Linda Scott De XX-economie, waarom vrouwen meer macht moeten krijgen, te pakken te krijgen. Enkele fragmenten uit de Groene………
De homo economicus is een vrouw
Wie kookte voor Adam Smith?
Sinds vrouwen het mannenbolwerk van de economische wetenschap openbreken, wordt de economie menselijker, duurzamer en minder abstract. ‘Vrouwelijke economen hebben door dat economie een sociale wetenschap is en geen toegepaste wiskunde.’
Maar als iedereen zich puur zou laten leiden door eigenbelang, had Adams maag ’s avonds geknord, merkt de Zweedse journalist Katrine Marçal fijntjes op in haar boek Who Cooked Adam Smith’s Dinner (2015). Het is te danken aan de zorgzaamheid van zijn moeder dat Smith zijn eten kon verwachten, alleen is dat een motief waarvoor de economische wetenschap nauwelijks aandacht heeft, omdat het niet voldoet aan het beeld van de calculerende, zelfzuchtige consument. Het is geen toeval, betoogt Marçal, dat kenmerken die we associëren met vrouwelijkheid – emoties, onderlinge afhankelijkheid, opoffering – ondergewaardeerd en onderbelicht blijven. De homo economicus is een man. De ware onzichtbare handen zijn die van vrouwen.
Als ik het artikel lees moet ik denken aan mijn vader die zich wel een liet ontvallen dat mijn moeder minister van Financiën moest worden. Hij bracht zogenaamd het geld binnen, maar hij wist dat hij het zonder haar niet gered had. Hij maakt er vaak een rommeltje van en dan wist mijn moeder de puinhopen weer recht te breien. Mijn moeder kon letterlijk van een dubbeltje een kwartje maken. Afgezien zorgde ze ook voor het eten, de kleren en de opvoeding van de kinderen (die schoot er nog wel eens bij in). Ik heb ook wel mannen om me heen die zich hier helemaal niet van bewust zijn, dus moet er nog veel gebeuren voordat de zachte krachten (40% van het BNP wordt door vrouwen gecreëerd) worden gewaardeerd op wat ze zijn. Als Kaag nou echt werk kan maken van gratis kinderopvang voor iedereen, kunnen vrouwen eens wat beter gaan nadenken over wat het betekent om financieel afhankelijk te zijn. Bijna de helft va de huwelijken loopt uit op een scheiding met een diepe financiële val voor veel vrouwen. Na mijn scheiding ben ik in plaats van vier dagen, vijf dagen gaan werken en wende daar heel snel aan. Juist als je meer werkt kun je wat meer bereiken in je werk, wat zeker als de kinderen hun eigen weg gaan, veel eigenwaarde oplevert.
Of ik ook nog wat gelezen heb deze week? Jazeker, het boek had niet toepasselijker kunnen zijn voor het stuk wat ik net heb geschreven. Het derde deel van de Kopenhagen-trilogie van Tove Ditlevsen, Afhankelijkheid. Het trieste verhaal van een vrouw van mijn moeders leeftijd die het lukte om financieel onafhankelijk te worden door haar boeken, maar uiteindelijk weer afhankelijk wordt van een man door haar verslaving aan de spuit (vergeten hoe dat spul heette waar ze verslaafd aan raakte).
Ik kwam op bol.com ook nog een ander boek tegen van Katrine Marcal, Je houdt het niet voor mogelijk, Katrine Marcal rekent af met het mannelijk egoïsme in de economie. Als ik direct naar de bibliotheek ga toch even kijken of ze deze titel ook hebben.